Meestal kunt u een batterij drie tot tien dagen in een hoortoestel gebruiken voordat hij vervangen moet worden, afhankelijk van het gebruik en het model hoortoestel.
U hoort twee piepjes als het tijd is om de batterij te vervangen. Deze waarschuwing wordt in redelijke intervallen herhaald totdat de batterij leeg is. De batterij kan kort na de waarschuwing leeg zijn of binnen een paar uur.
De laatste waarschuwing voordat het hoortoestel uitvalt, bestaat uit vier pieptonen.
Wanneer u een nieuwe batterij hebt geplaatst, zal het hoortoestel opnieuw aangaan zodra u de batterijlade sluit. Tijdens het opstarten klinkt er een melodietje. Plaats het hoortoestel onmiddellijk in uw oor. Als u het in uw hand houdt kan er een fluitend geluid klinken.
Zet uw hoortoestel uit door de batterijlade te openen wanneer u het toestel niet gebruikt. Op deze manier spaart u de batterij.
Een lege batterij dient direct vervangen te worden, en weggegooid te worden volgens de lokale regelgeving. Vergeet niet de batterijen en hoortoestellen buiten bereik van kinderen en huisdieren te houden.